29 december 2022

Nu sijt wellecome?

 De Amerikaanse striptekenaar Pat Marrin maakt voor het tijdschrift National Catholic Reporter korte strips met paus Franciscus in de hoofdrol en een eenvoudige franciscanerbroeder Leo als zijn dagelijkse helper (zie ook op deze blog bericht van 17 november 2022).
Een niet recente maar wel nog actuele strip over Kerstmis én over onze angsten. Er wordt aangeklopt maar de kardinaal vraagt om niet open te doen, het zouden terroristen uit het Midden Oosten kunnen zijn.



25 december 2022

Kerstmis 2022 : Welkom gij ontheemde...

 De Russische dichter Joseph Brodsky (1940-1996), Nobelprijs literatuur 1987, emigreerde na vervolgingen en pesterijen door het Sovjetregime naar de Verenigde Staten. Zoals vluchtelingen en ballingen vaak getuigen, blijven ze hun hele leven lang zich voelen als ontheemde.
In 1989 schreef Brodsky dit kerstgedicht.

Verbeeld je bij kaarslicht de stal op die avond,
gebruik om de kou daar te voelen wat neervalt
in vlokken, om honger te voelen het vaatwerk
en voor de woestijn al wat draait rond de aardas.

Verbeeld je de stal in de nacht na die avond,
Maria en Jozef en, meer op de voorgrond-
je rimpels zijn prooi van een handdoek geworden-
het slapende Kindje in doeken gewonden.

Verbeeld je drie koningen, drie karavanen,
drie stralen veeleer die de ster nader kwamen,
kamelen, hun vracht, het geklingel van bellen
(het Kindeke had nog niet veel te vertellen,

verdiende geen galmende klokken op voorhand).
Verbeeld je de Heer, die op peilloze afstand
Zichzelf voor het eerst in de Heiland herkende:
een dakloze in een geboren ontheemde.

(uit: Joseph Brodsky, Strohalmen voor de lezer. Een ruime keuze uit de gedichten, uitg. De Bezige Bij, Amsterdam, 2016, blz. 590)

En voor wie het moeilijk heeft zich iets te verbeelden, 
een schilderij uit 1646 van (een leerling van) Rembrandt (in de collectie van The National Gallery, Londen) .


19 december 2022

Naar wie kijken we uit?

 Naar welke God kijken we uit tijdens de Advent? 
Naar een klein onschuldig pasgeboren kind? 
Naar een tovenaar-wonderdoener die in één handomdraai vrede op aarde brengt? 
Naar een priester-filosoof?
De evangelieverhalen zeggen ons dat God mens is geworden, één als wij. Hoe onvoorstelbaar dat is, is niet met onze rede te vatten. 
Naar welke God kijken we uit? 
De vraag moet dus worden: 
naar welke mens kijken we uit? 
Dan zullen we Hem misschien zien.
Dat kwam bij mij op bij een eenvoudig 
maar indringend vers van de Poolse dichteres 
Ewa Lipska (°1945), zoals ik het las 
in een vertaling van Kris Van Heuckelom 
in de bloemlezing uit 2008
"Na de dood stond ik midden in het leven. Kopstukken van de naoorlogse Poolse poëzie." (uitgeverij P, Leuven; blz. 244)

((Ewa Lipska ©culture.pl)
ENKEL OM


O mijn God
o mijn God
dagelijks spreken met Jou
een paar miljard mensen.

De vertrouwenstelefoon is eeuwig bezet.
Ik bel Jou al vele jaren
enkel om
enkel om
te horen
Jouw schrikwekkend menselijke
stem.

13 december 2022

Verlangen naar Kerstmis

 De advent is de tijd om te verlangen naar Kerstmis, het feest van de Menswording. Als christenen geloven we dat dit feest een opdracht is voor elk van ons elke dag opnieuw. Ons geloof daagt ons uit om elke dag weer méér mens te worden naar het beeld van Jezus, de mensgeworden God. 
Dichters kunnen ons helpen na te denken over wat het kan betekenen om "mens" te zijn. Zo wil ik hier een vers meegeven van de Marokkaans-Franse dichter Abdellatif Laâbi (°1942) die omwille van zijn literaire werken als dichter, romancier en toneelschrijver vervolgd werd en in de gevangenis terecht kwam. Later is hij naar Frankrijk kunnen uitwijken. 
(Abdellatif Laâbi
©wikipedia)

In zijn verzen denkt hij dan ook veel na over vrijheid en mens-zijn, over de (on)macht van het woord en over de verlangens die in een mens huizen. In zijn bundel Le poème permanent (Het voortdurende gedicht) maakte hij een eigen woordenlijst.
Daarin bespreekt hij ook het woord "mens".
Een vers dat ons kan helpen om het feest van de Menswording straks op een intensere manier te vieren, misschien.

MENS

Soortnaam 
voor wie vrede brengt op onze aarde
met zijn strijd
met zijn zachtheid
Je kan hem in alle luchtstreken
aantreffen
Maar hij is bovenal
degene die vraagt naar
het waarom van ieder ding
en die zich opengesteld heeft
voor het continent van de gave.

(uit: Abdellatif Laâbi, Het continent van de gave, uitg. P, Leuven, 2013, blz. 45 - vertaling: Bart Vonck)

Advent : tijd om open te komen voor het continent van de gave, le continent du don.

5 december 2022

Verlangen we nog?

 De Advent is een tijd van verlangen, van uitkijken naar licht in donkere dagen, van open komen voor vrede in dagen van strijd en oorlog, van (terug) oog krijgen voor wat er echt toe doet voorbij de wankele zekerheden van consumptiemiddelen en voldoende ruilmiddelen op onze bankrekening. 
(eigen foto
Brussel Grote Markt
2 december 2022)
Nu Kerstmis nadert willen de machten die het voor het zeggen schijnen te hebben in onze samenleving ons doen geloven dat een geslaagde Kerst bestaat uit nieuwe 'gepaste' kleren, lekker en veel eten met aangepaste wijnen, 'toffe' cadeaus en zeemzoete muziek die nu al overal de winkelstraten teistert. 
Veel pokkenherrie die ons opjaagt. Veel kabaal om niet te hoeven denken aan mensen die wonen in een stal of vluchtelingen die moorddadige bange tirannen proberen te ontvluchten, de varianten van de armoezaaier Jozef die tevreden moest zijn met een beestenstal en op de vlucht moest naar Egypte?
Daar gaat het toch over bij Advent en Kerstmis : God die mens wordt en blijkbaar voor alles wil leven met de randfiguren en de armen van deze wereld. Is dat niet de kern?
Daarvoor sluiten we ons best af van het koopkabaal waar Kerstmis gevierd wordt zonder stal en kribbe. Waakzaam zijn voor die kern, dat is ook waartoe ons de Libanese dichteres Andrée Chedid (1920-2011) oproept in dit vers.

DE KERN

Alleen
Een waakzame ziel
Hoort
Het pulseren van de kern

Zich verspreidend onder de woorden
Wegdrijvend onder de dingen
Brokkelt ze af onder de passies

          Juist zij 
          Is slechts waar te nemen
          In de schuilplaats
          Van de stilte.

(uit: Chedid, Andrée, Bestaan is een zegen voor mij, uitg. P., Leuven, 2015, blz. 43 - vertaling: Lucienne Stassaert)

1 december 2022

Woord en stilte

Woord en stilte verhouden zich als broer en zuster:
nu eens in volle verstandhouding elkaar aanvullend en begrijpend,
dan weer als twee concurrenten die elkaar het licht niet gunnen. En zo is het ook voor de dichter Hubert van Herreweghen die in de stilte soms een woord ontwaart. En zo is het ook voor de godzoeker die in het schijnbaar donkere dode water van zijn leven toch meer gewaarwordt.
(eigen foto Ronse 16-08-2020)

WOORD

Soms stijgt, als uit het slapend moer
van een stil water, groen-bekroond,
een ingetogen woord naar mijn gehoor,
een luchtbel spat, een druppel troost.
(uit: Hubert van Herreweghen, Verzamelde gedichten, uitg.Lannoo, Tielt, 1986, blz. 184)


Wat mij doet denken aan de profeet Jesaja die zijn volksgenoten moed inspreekt dat hun ballingschap tot een einde zal komen en dat ze zullen kunnen terugkeren naar Jerusalem . De profeet laat God zelf zeggen : "Zoals zijn moeder iemand troost,-  zó zal Ik u vertroosten; in Jerusalem zult ge worden getroost." (Jesaja 66,13)
Jesaja is de profeet die ons in de Advent begeleidt naar Kerstmis toe en in de liturgie dan ook prominent aanwezig is.