31 juli 2017

Maria in Utrecht -2-

De figuur van Maria wordt ingevuld naar eigen goeddunken, zoveel is duidelijk als je in de boeiende tentoonstelling rondkijkt in het Museum Catharijne Convent te Utrecht (nog tot 20 augustus). Deze expositie vertelt dus veel over Maria als de moeder van Jezus, maar evenveel over mensen en hun zoeken en tastend geloven. Het vertelt ook veel over de status en maatschappelijke plaats van het geloof én van de vrouw.

De vrouw die slechts een tweederangsrol heeft in de samenleving, goed voor de zorg en het huishouden. Daaraan moest ik denken bij het zien van deze kruiswegstatie van de Nederlandse kunstenaar Jan Toorop (1916 voor de Sint Bernulphuskerk in Oosterbeek). Bij de ontmoeting van de kruisdragende Jezus met zijn moeder domineert de Christus-figuur helemaal over Maria. Iconografisch kan je zeggen dat Jezus de grootste figuur moet zijn want de meest belangrijke, maar toch, in mijn gevoel is hij onontkoombaar overheersend aanwezig. En de vrouw/de moeder moet met open handen ondergaan, ontvangen, aanvaarden. Terwijl in de oorlogvoerende landen de vrouwen belangrijke schakels werden in de totale oorlog die Wereldoorlog I was, leefde het neutrale Nederland nog met andere verhoudingen tussen man en vrouw. Zo zie ik het vanuit deze tijd.

(eigen foto 7 juli 2017)
Dan het meest besproken kunstwerk, waar ook ik niet aan voorbij kan. Het is een beeld van de feministische kunstenares Elisabet Stienstra met als titel: Virgin of Mercy. Ze inspireerde zich op oud-Ierse Sheela-na-gigs, beeldjes van vrouwen die hun geslacht tonen en die vaak hingen nabij de ingang van een kerk of kapel of toren.
Hun functie of betekenis is zeer onduidelijk. Zijn het overblijfsels van een voor-christelijke moedergod-verering? Zijn het waarschuwingen voor lustopwekkende vrouwen? Zijn het een soort duivel-afweerders?...Zie hier een sheela-na-gig uit Kilpeck Church in Ierland.

(foto gevonden op internet)
Voor de kunstenares is haar beeld van de Virgin of Mercy (de maagd van de barmhartigheid) eerder een sacraal dan christelijk beeld. Voor alle toeschouwers voert het terug naar algemeen menselijke en seksuele  gevoelens. Voor gelovige christenen komt ook de vraag welke plaats vrouwen hebben/zouden moeten hebben in de Kerk én de uitdaging om seksualiteit een positievere plaats te geven binnen het geloof. Stof tot nadenken en tot discussie en een uitnodiging om een eigen positie hierin te bepalen.
Daarom alleen al verdient dit beeld een plaats in deze expositie. De bezoeker kan zich niet vrijblijvend vermeien in vrome gedachten en mooie plaatjes.


25 juli 2017

Maria in Utrecht -1-

Nog tot 20 augustus loopt in het Museum Catharijne Convent te Utrecht de tentoonstelling "Maria".
Deze tentoonstelling toont via een mooie selectie van beelden, schilderijen, video's en ander materiaal de figuur van Maria zoals ze is gegroeid doorheen de geschiedenis.
Er is aandacht voor de voor-christelijke beelden van moeder-godinnen die de voorstelling van en de zienswijze op Maria hebben bepaald. Ze toont hoe de beperkte evangelie-bronnen werden aangevuld en de iconografie van Marie hebben mee vorm gegeven. Ze toont ook hoe mensen van nu aan Maria een eigen plek geven in hun leven.

(7 juli 2017 - foto Marc Deconinck)

Het is een evenwichtig opgebouwde tentoonstelling die toegankelijk is voor niet-, anders- en diep-gelovige mensen. Deze expositie is zeker een reisje naar Utrecht waard.
Het is dan ook niet zo eenvoudig om over deze expo in twee alinea's iets te zeggen.
In een eerste deel wil ik gewoon enkele klassieke beelden tonen.
(eigen foto 7 juli 2017)

Doordat er niet veel is geweten over Maria hebben kunstenaars door de eeuwen heen zich heel vrij gevoeld om zelf gestalte te geven aan haar, en zo aan hun eigen tijd en visie.
(een shot uit videowerk van Bill Viola)

De onvruchtbare vrouw, de zorgende moeder, de lijdende moeder die haar kind verliest.
Deze universeel herkenbare gegevens brachten telkens weer nieuwe benaderingen voort en blijven de Maria-figuur boeiend maken tot op vandaag.
(eigen foto Piëta van Zadkine)



22 juli 2017

Wie ben ik? Een altijd actuele vraag...

In de bijzondere tentoonstelling "Het afwezige museum" (Wiels Brussel, nog tot 13 augustus) was ik onder andere getroffen door de beelden van Mark Manders. Hun monumentale afmetingen vergroten nog het impact op de bezoeker.


Dit beeld roept op om er voor te gaan staan en het vanuit verschillende standpunten te benaderen. Elke ander gezichtspunt onthult een ander aspect van het 'gespleten' gelaat. Welk gezichtspunt is het beste? het meest volledige? het juiste? het ware? Vanuit elke andere positie zie je telkens iets anders. En dan denk ik: hoe vlug ga ik niet mensen be-oordelen, ver-oordelen, ver-achten, min-achten of hoog-achten vanuit een eerste en vaak enige blik. Dit beperkte standpunt, vaak gekruid door vooroordelen, wordt dan hét label waarmee deze of gene het verder moet doen in mijn denken. Zelf voel ik me vaak onrechtvaardig benaderd maar doe ik niet precies hetzelfde?
En nog meer: welk eenduidig beeld draag ik niet mee van mezelf of probeer ik te construeren voor mezelf en de anderen? En toch: er zijn momenten dat alles meer gespleten, verdeeld en versnipperd is. Zo denk ik dan aan een bijzondere tekst van een bijzondere man, Dietrich Bonhoeffer.

De Duitse protestantse dominee Dietrich Bonhoeffer ( °1906)werd  op 9 april 1945 in Flossenburg vermoord door de nazi's op persoonlijk bevel van Hitler. Zijn juiste rol in het verzet tegen de nazi's wordt pas echt duidelijk jaren na zijn dood. Hij kan in zijn gevangenisperiode(vanaf april 1943) nog een en ander opschrijven. Een van zijn overpeinzingen spreekt voor zich en is tegen de achtergrond van zijn levensverhaal des te indringender.
Mark Manders toont mij wie een mens is, dus toont hij mijzelf en Dietrich Bonhoeffer spreekt uit wie een mens is, dus wie ik ben...


Wie ben ik?

Wie ben ik?
Ze zeggen me vaak:
je treedt uit je cel
rustig blij en zeker
als een burchtheer uit zijn slot.

Wie ben ik?
Ze zeggen me vaak:
je spreekt met de bewakers
vrij rechtuit en vriendelijk
als was je hun heer.

Wie ben ik?
Ze zeggen me ook:
je draagt je donkere dagen
evenwichtig glimlachend trots
als iemand die gewend is te overwinnen.

Ben ik werkelijk wat anderen van mij zeggen?
Of ben ik alleen wat ik weet van mijzelf:
onrustig vol heimwee, ziek als een gekooide vogel
snakkend naar lucht, als werd ik gewurgd,
hongerend naar kleuren, naar bloemen en vogels,
dorstend naar een woord, naar een mens dichtbij,
trillend van woede om willekeur, om de geringste krenking,
opgejaagd wachtend op iets groots,
machteloos bang om vrienden in den vreemde,
moe en leeg om te bidden, te danken, te werken,
murw en bereid om van alles afscheid te nemen?

Wie ben ik?
De één of de ander?
Ben ik nu de één en morgen de ander?
Ben ik beiden tegelijk?

Wie ben ik?
Ben ik de speelbal van mijn eenzaam vragen?

Wie ik ook ben,
U kent mij, ik ben van U, mijn God.
Amen.

Wie is een mens? Wat anderen van hem zeggen of wat hij weet van zichzelf???
Als gelovige blijft dat vertrouwen: ik ben van U, mijn God.

21 juli 2017

Een tip

Ben je geïnteresseerd in deze blog, dan kan je vragen om per e-mail verwittigd te worden als ik een nieuw bericht heb gepost. Doordat ik met onregelmatige tussentijden iets bericht, kan het handig zijn dat je dan via een mailtje weet heb van een nieuw bericht.
Je hoeft enkel rechts van dit bericht in het vakje "follow by email" jouw mail-adres in te vullen en  dan op de knop "submit" te drukken. En dan ontvang je binnen de 24u nadat ik iets heb gepost daar bericht over.

16 juli 2017

Woorden die spreken...

De vijfjaarlijkse kunstmanifestatie Documenta in het Duitse Kassel wil telkens weer een soort 'state of the world' tonen door middel van hedendaagse of recente kunst.
Deze zomer is het de 14de editie en deze Documenta toont ons dat we bezig zijn met vluchtelingen, migratie en hoe landen onder druk staan tussen populisme en democratie. Op de centrale plaats van dit kunstgebeuren heeft de kunstenares Marta Minjurin het Atheense Parthenon op ware grootte nagebouwd. Een metalen skelet met zuilen van doorschijnende plastic waarin boeken te zien zijn. Niet zomaar boeken, maar boeken die ooit ergens ter wereld verboden waren of nog zijn.
Democratie en de opbouw van een samenleving op mensenmaat kunnen maar dank zij de vrijheid om zijn mening te uiten.
(eigen foto 29 juni 2017)

 Tussen de vele 'verboden' boeken zag ik nogal begrijpelijke werken zoals Karl Marx, de bijbel, Che Guevara, 'joodse' auteurs vanuit nazitijd (Kafka e.a.), 'dissidente' Russische auteurs vanuit communistische tijd (Solzjenitsyn e.a.)...
Maar ik zag er ook de Harry Potter-boeken en 'De kleine prins' en  Nikos Kazantzakis "Christus wordt weer gekruisigd". Dit laatste boek werd verboden en veroordeeld door het Vaticaan en de Kerk van Griekenland.



Dat bracht mij in herinnering een boeiend artikel dat ik in het laatste nummer van het Benedictijns Tijdschrift heb gelezen(2017/2) van de  orthodoxe metropoliet Johannes Chryssavgis. Deze bijzondere man brengt in genoemd artikel de wetenschappen, de theologie en de kunsten samen. Hij stelt dat deze allen bedienaars zijn van Gods Woord.

De metropoliet citeert Kazantzakis: "Ik bezet Gods wachtpost met het licht van mijn geest en het vuur van mijn hart- ik speur en onderzoek, ik klop op de deur van het bastion der materie, de deur van Gods heroïsche exodus (...). Want niet alleen bevrijden wij God door al worstelend met de zichtbare wereld om ons heen deze te ordenen; we brengen God tot uitdrukking! Open je ogen, roept God -Ik wil zien! Geef aandacht- Ik wil horen!" (blz.67)

Als christenen van de 21ste eeuw moeten we durven met een open blik kijken en een open hart luisteren naar wat hedendaagse kunstenaars, wetenschappers en theologen ons aanreiken. Zij kunnen ons verbinden met ons eigen zoekende hart, met andere mensen in hun anders-zijn en met die totaal Andere.

10 juli 2017

God dichten tot Hij openbreekt -3-

De bloemlezing "Van God los" presenteert zichzelf op de achterflap als een vrijmoedige bloemlezing die de tegenstelling tussen gelovig en ongelovig overstijgt. "De gedichten schetsen een vlijmscherp portret van de moderne mens: de scepticus, de kritische gelovige of de overtuigde atheïst." Deze typering is correct. Vandaar dat ik als gelovige in sommige verzen mij helemaal kan terugvinden, in andere helemaal niet.

Een gedicht dat voor mij geen uitleg behoeft is dit van de Poolse dichter Tadeusz Rozewicz (blz. 151 in de bundel).

IK HEB HEM GEZIEN

hij sliep op een bank
met het hoofd
op een plastic tas

de jas die hij droeg was purper
en leek op een oude deurmat

op zijn hoofd had hij een muts met oorkleppen
aan zijn handen zaten paarse handschoenen
waaruit een wijsvinger
stak en die andere
(ik ben vergeten hoe die heet)

ik heb hem gezien in het park


(zwerver/dakloze
Coney Island New York City
 18 oktober 2016)
naast een naakt boompje
dat aan een paaltje vastzat
een bierblikje
en een stuk maandverband
dat aan een wilde rozenstruik hing

gekleed in drie truien
zwart wit en groen
(en alledrie verschoten)
sliep hij de vredige slaap van een kind

ik voelde in mijn hart
(niet dacht maar voelde)
dit is de Plaatsvervanger van
Jezus op aarde

en misschien wel de Mensenzoon zelf