26 februari 2018

Aswoensdag 2018

Aangezien de tentoonstelling van de exuberante advertentie- en modefotograaf David Lachapelle (°1963) in Mons (Bergen) op zijn laatste dagen liep, wilde ik die nog even vlug gaan zien. Dat kwam mij best uit op aswoensdag 14 februari laatst.
Bij het verlaten van de expo dacht ik bij mijzelf: dit was een ideale meditatie bij aswoensdag. Waarom? Het centrale werk was een reuzegrote foto, Le deluge (de zondvloed) waarrond het verhaal van de tentoonstelling werd opgehangen. De fotograaf kent de klassieken van de beeldende kunsten en in zijn studiofoto's refereert hij er heel vaak naar.
De zondvloed van Lachapelle is een knipoog naar Michelangelo en zijn plafondschildering van de zondvloed in Rome. De compositie laat zijn inspiratie goed zien en dat wil de fotograaf ook. Bij een bezoek aan de Sixtijnse kapel in 2006 was hij zo onder de indruk van dat fresco én van de actualiteit van dat verhaal, dat hij besloot een hedendaagse fotografische versie hiervan te maken. De bankencrisis van 2008 maakte zijn voornemen nog urgenter.

In de versie van Lachapelle zien we dat hij verwijst naar onze consumptiemaatschappij die hij als medeschuldige aanwijst voor de nieuwe zondvloed die op ons afkomt. Logo's van grote merken als Starbucks, Burger King of Gucci maken dit duidelijk. Het nietsontziende water sleurt niet alleen onze materiële welvaart mee, maar ook wat wij spiritueel waardevol vinden wordt overspoeld. Als we naar de linkerzijde kijken, zien we een naakte jongeman die zich vastklampt aan een vallende telefoonpaal die niet toevallig de vorm van een kruis heeft. De jongeman heeft rond zijn navel een tatoe met daarop "Jesus" en deze Jezus reikt zijn hand naar hulpeloze mensen onder hem.

Verder in de tentoonstelling zien we dat de fotograaf de religieuze en christelijke verhalen altijd weer opnieuw in beeld brengt. De foto's verwijzen enerzijjds naar klassieke schilderijen of sculpturen, maar anderzijds ook naar de popidolen en modeglamour waarmee hij schoon geld maakte in de eerste periode van zijn carrière. Na zijn werk van de zondvloed toont de glamoureuze fotograaf zich best kritisch ten aanzien van de consumptiemaatschappij. Hij toont ook zijn uitweg: spiritualiteit en de grote christelijke verhalen.

Zo kwam het dat ik daar buiten stapte met de idee: op aswoensdag worden christenen uitgenodigd zich te realiseren dat ons heil niet ligt in bezit en sociale status, maar in een innerlijk leven dat zich inspireert door Jezus.

21 februari 2018

Bill Viola in Kortrijk

Nog tot 5 april is de indringende video-installatie "Martyrs" (martelaren) van Bill Viola te zien in de Sint-Maartenskerk in Kortrijk. In optimale omstandigheden kan je een bijzondere kijkervaring ondergaan. Gelovigen en ongelovigen worden aangesproken door de spirituele kracht die uitgaat van dit werk. Dus zou ik zeggen: allen daarheen!


(eigen foto's 18 februari 2018)

18 februari 2018

Wie is Hij toch?

Als gelovige is het soms heel lastig om kritische gesprekspartners te vertellen over je geloof omdat het beeld dat zij hebben van God zo mijlenver af staat van hoe je zelf God ziet en beleeft. Je hebt dan vaak de ervaring dat mensen zijn blijven hangen aan een archaïsch kinderlijk Godsbeeld. Hun wereldbeeld is door de jaren geëvolueerd maar hun Godsbeeld is pre-puberaal gebleven.
En dat is dan het tweede wat soms lastig is om over je eigen geloof te spreken: ook als gelovige blijf je groeien, veranderen en evolueert je eigen Godsbeeld mee met en doorheen de jaren.
(afbeelding gevonden op internet)

Deze twee ervaringen vond ik mooi verwoord in een gedicht van Maarten Buser.
                                                                                                         
INDIEN

Als Hij er was, wist ik niet
hoe Hij moest zijn. Ik zat op mijn knieeën,
maar er was geen dienst. Zou Hij daarom

boos worden? Maar zo'n God wilde ik niet.
Sindsdien is mij verteld:
een man, een vrouw, een vreemdeling

in de bus, een grote, lichtgevende rechthoek
Vraag het mij, en ik denk steeds vaker
aan een lap grond, omringd door een slotgracht

waar ik omheen kan lopen; in het midden een open
schatkist waar ik tegenaan kan kijken, niet erin
Ik weet niet wie mij dit laat denken

(uit: Het Liegend Konijn 2017/2, blz. 58)

De bijbel als bibliotheek met veelstemmige getuigenissen van mensen die hun geloof in hun tijd en cultuur probeerden te beleven biedt vele beelden en verhalen aan waarin wijzelf, volgens onze beleving en tijd, woorden aangereikt krijgen die kunnen verhelderen (of soms juist versluieren).
In het gedicht verwijst Buser zo naar de Oudtestamentische boze jaloerse God, naar meerdere Jezus-woorden met als strekking 'wat je doet aan de minsten heb je aan Mij gedaan' en naar een passage uit de Bergrede (Matteüs 6,20: waar je schat is zal ook je hart zijn).
Voor mij getuigt dit gedicht van hoe gelovige mensen altijd opnieuw zoeken wat hun verhouding is met die God die een plaats vraagt in hun leven.

12 februari 2018

Het Hooglied: een uitdagend Bijbelboek

In een vorige blogpost had ik het erover dat het Hooglied een prominente plaats innam in de muziekscore van de film "Youth" van Paolo Sorrentino (2015).
De componist van de song "just", David Lang, sprak in een toelichting over de Joodse traditionele lezing van het Hooglied als een metafoor voor de liefde tussen God en mens. Niet alleen het Jodendom leest op deze spirituele, symbolische manier het meest sensuele Bijbelboek, maar ook in het christendom wordt door deze bril naar dit Lied der Liederen gekeken. De meest gekende lezingen zijn wellicht die van Bernardus van Clairvaux (1090-1153) en van Johannes van het Kruis (1542-1591).
(Marc Chagall- uit zijn reeks
over Het hooglied)
In het recentste nummer van het Benedictijns Tijdschrift met als thema 'seksualiteit en religie' schrijft de benedictijn-kluizenaar Benoît Standaert over wat hem boeit in het Hooglied (Benedictijns Tijdschrift 2017/4, blz. 167-173).  Hij benadrukt dat die tekst heel open is over de rollen van de personages. Hij pleit er dan ook voor om de tekst niet al te gefixeerd te lezen. Dat is even anders dan David Lang die het mannelijke personage vereenzelvigt met God en het vrouwelijke met de mens en daarbij een oplijsting maakt van wie wat zegt. Benoît Standaert stelt het zo: "Het grote lezen is door niets gehinderd want het grote verlangen wenst wederkerigheid. Op het hoogtepunt van de wederkerigheid weet niemand nog wie onderwerp en wie voorwerp is, wie actief of passief bemint of wordt bemind!"(a.w. blz. 170).
Deze lezing opent perspectieven, maar laat mij ook ergens onvoldaan achter. Waarom is God mens geworden in Jezus? Wat betekent deze incarnatie, dit in-het-vlees komen wonen van Gods Woord als ook niet de menselijke seksualiteit daarin een waarde heeft? Wordt dit loflied op de menselijke liefde niet herleid tot een ongevaarlijk symbolisch te lezen mystieke tekst? De grote voorbeeldfunctie van het monastieke en godgewijde leven van religieuzen heeft tot nu toe onze blik daarop vertroebeld. Vanuit een specifieke roeping is er een celibatair leven die doorheen de seksuele onthouding wil getuigenis afleggen van de allesvervullende liefde van God. Maar voor wie niet geroepen is tot zo'n getuigend leven kan het beleven van de menselijke liefde ook op seksueel gebied evengoed religieus waardevol zijn.
(Marc Chagall -uit zijn cyclus "Het hooglied")
De menselijke seksualiteit doordenken en beleven als religieus vormt nog een hele uitdaging voor de christelijke kerken. Het Woord is vlees geworden, God wilde mens worden en daardoor is het menselijke in al zijn facetten (dus ook het lichamelijke seksuele)  volgens mij ook domein van Godsverlangen en Godservaring. Dit wordt een van de uitdagingen voor de christelijke kerken in de komende eeuwen. Hoe paus Franciscus probeert openheid te creëren rond homoseksualiteit is een schuchter  maar hoopvol begin.
Het pleidooi van Benoît Standaert om het Hooglied niet al te gefixeerd te lezen als een uitdrukking van het grote verlangen wil ik dus graag tot het mijne maken. Laat ons het menselijke liefdesverlangen in al zijn verscheidenheid lezen "als werd het gezaaid in onze menselijke conditie" (a.w. blz. 171).

8 februari 2018

De film "Youth" van regisseur Paolo Sorrentino en het Hooglied.

In 2015 bracht de Italiaanse filmregisseur Paolo Sorrentino een voor hem typische film uit, Youth.
Twee oude mannen, kunstenaars en vrienden, verblijven in een luxehotel in Zwitserland, schitterend gespeeld door Michel Caine en Harvey Keitel. Als uitbollende dirigent en regisseur kijken ze terug op hun levens en becommentariëren hun eigen familie en de andere hotelgasten. Achter de horizon weten de hoofdpersonen ook de dood. De film toont verfijnde decadentie en balanceert tussen kitsch en kunst. Naast de top-vertolkingen, de kleurenpracht en de soms spitse dialogen speelt ook de muziek een belangrijke rol.

Een deel van de filmmuziek is gecomponeerd door David Lang. Een van de songs die mij bijzonder intrigeerde, mede door zijn bezwerende minimalisme, is "just". Hierbij inspireerde de componist zich op  het Bijbelse boek dat we kennen als het Hooglied. Dit boek is een buitenbeentje in de Bijbelse bibliotheek omdat het de liefde van een man en een vrouw bezingt én dit op een heel sensuele manier.
Onlangs ontdekte ik op het internet een uitvoering van dit lied mét de projectie van de tekst. Bijzonder is dat op het einde de componist in een korte tekst uitleg geeft. Ik geef  hier ingekort mijn lezing van deze toelichting.
In de Joodse traditie is het Hooglied een metafoor voor ons verlangen naar de Eeuwige. In deze context zijn de woorden van dit lied ook belangrijk. De man en de vrouw hebben eigen kenmerken en attributen die hen aantrekkelijk maken voor de ander. Bij mensen is dit normaal, maar in de relatie God - mens betekent dit dat de tekst sleutels aanreikt om eigenschappen van God te ontdekken en dan kunnen we lezen hoe deze goddelijke kenmerken ons willen bekoren.
De componist zegt dat hij voor zijn tekst eerst een lijst maakte met de eigenschappen en attributen van de man en de vrouw. Dan schreef hij een tekst waarbij hij probeerde duidelijk te maken wie er spreekt door elke zin die de man spreekt te laten beginnen met "just your" en elke zin die de vrouw spreekt met "and my". Interessant is ook in deze tekst over gedeelde liefde dat er slechts zeven keer sprake is van "ons".
Samen met de litanie-achtige tekststructuur en de repetitieve minimalistische muziek zorgt deze muziek voor een bezwerend effect.
Hierbij de link https://www.youtube.com/watch?v=016Zt5iGuAA
(Marc Chagall : Lied der liederen
afbeelding gevonden op internet)

Deze ontdekking werpt voor mij een nieuw licht op de film van die soms knorrige, soms ondeugende oude mannen die zwelgen in de luxe en de leegte. Onder en doorheen het vertelde verhaal mogen we kijken naar mensen die in hun menselijke relaties ook proberen zichzelf te bepalen tot een God, een Eeuwige Ander. Ik zal de film toch even moeten herbekijken.

2 februari 2018

2 februari: de opdracht van de Heer in de tempel

Op 2 februari viert de kerk Maria Lichtmis, het moment waarop het kindje Jezus wordt aangeboden in de tempel. Daar is er de ontmoeting met de oude Simeon en Hannah. Een verhaal met vele facetten.
De dichter Bertus Aafjes herschreef  in 1951 de zogenaamde lofzang van Simeon, die elke avond gebeden en gezongen wordt tijdens de dagsluiting of completen in kloosters of privé. De tekst van de lofzang luidt in de versie van het getijdenboek als volgt:
"Laat nu, Heer, volgens uw woord uw dienaar in vrede heengaan.
Mijn ogen hebben uw heil aanschouwd dat Gij hebt bereid voor de volken.
Het licht dat voor alle heidenen straalt, de glorie van Israël uw volk."
(naar Lucas 2, 29-32).
Aafjes zorgde voor een nog altijd heel actuele interpretatie die tot bezinning noodt.

Daarnaast toon ik een voorstelling van de presentatie van Jezus in de tempel door Guido da Siëna uit de dertiende eeuw. De kunst van Italië toen was nogal gelijkend aan de iconen. Dat zien we ook in deze voorstelling. De uitgebeelde Simeon is hier wel heel gelijkend aan Johannes de Doper, misschien bewust om hun aanwijzende rol te benadrukken als  brugfiguren tussen het Eerste en het Nieuwe Verbond?

 LAAT NU UW DIENAAR GAAN

Laat nu uw dienaar gaan in onrust, Heer:
hij vraagt geen vrede in een tijd van waan.
Wie waarheid spreekt vermorzelt zich de tong.
Beangstigd is mijn hart om de miljoenen
die lispelen hun zachte leugentaal,
de ritseltaal, het nachtkleed van de hoer,
die na de menigvuldigheid der daden
zich hult in het geruis der lieve leugens.

Mijn hart weent als een hond die wordt gestraft,
wanneer ik zie wat ik niet vroeg te zien:
mensheid die met de punten van het zwaard
elkander kust, elkaar te sterven kust.

(uit: Het evangelie volgens dichters, bloemlezing uit de Nederlandse poëzie, samengesteld door Patrick Lateur en Stefan van den Bossche, Lannoo, Tielt, 1999, blz. 36)


(Guido da Siëna : de opdracht van de Heer in de tempel -Webgallery of Art)