Zoals in een vorig bericht aangegeven, heb ik in de voorbije weken de biografie van de Amerikaanse trappist en kluizenaar Thomas Merton, geschreven door Jim Forest, gelezen.
Merton stond bekend als tegenstander van de inmenging van de US in Vietnam. Bij het aantreden van John F. Kennedy als nieuwe president (januari 1961) leefde de wereld op de rand van een oorlog tussen de twee grote machtsblokken van toen: de VS en zijn kapitalistische westerse bondgenoten tegenover Rusland en het communistische Oostblok. Vredesactivisten vroegen aan Merton om hen te inspireren via artikels, spreekbeurten en bezinningsdagen. Hij was immers een vurige pleitbezorger van geweldloosheid, maar net daarom waarschuwde hij activisten omdat hun acties vaak gepaard gaan met verborgen agressie en provocatie. Hij waarschuwde ervoor als de waarheid gebruikt wordt als wapen.
Vredesbewegingen zouden zich, volgens Merton, niet mogen vereenzelvigen met een bepaalde ideologie of politieke groepering. De reden van deze stelling formuleert hij heel helder in een brief aan Jim Forest (8 december 1962).
![]() |
(een betoging ergens in Amerika tegen de inmenging in Vietnam ©kleioscoop) |
In onze als maar meer polariserende samenlevingen blijft het een uitdaging om zogenaamde tegenstanders en vijanden te vermenselijken. Merton blijft daarin ook weer heel actueel.