11 januari 2022

Wit steentje

 Het boek der Openbaring of zoals meestal benoemd de Apocalyps bevat heel wat bijzondere teksten die toelichting vragen of omkadering. 
In de eerste hoofdstukken worden kerkgemeenschappen in Klein-Azië aangesproken en bemoedigd. Ze hebben het lastig want overal rondom hen (en in eigen kring) ervaren ze tegenkanting.  Geloven in de liefdeskracht van Jezus is niet evident. Het refrein is telkens wel dat wie volhardend gelooft voorbij of doorheen de beproeving ook nabijheid en verlossing zal ervaren.
 In hoofdstuk 2 van het boek der Openbaring krijgt de schrijver de opdracht om te schrijven naar de kerk te Pergamum. Daar lezen we : "Wie overwint, hem zal Ik geven van het verborgen manna; en Ik zal hem een wit steentje geven en daarop gegrift een nieuwe naam, die niemand kent dan hij die hem ontvangt."(Apoc. 2, 17).

Het mysterie van dit wit steentje lees ik ook -in een andere context- bij de Zuid-Koreaanse schrijfster Han Kang in haar poëtisch-auto-biografische boekje "Wit" (vertaling Marijke Versluys, uitg. Nijgh & Van Ditmar, 2017, blz. 91).


WIT STEENTJE

Lang geleden had ze een wit steentje op het strand gevonden. Ze had het zand eraf geveegd, het in haar zak gestoken en thuis in een la gelegd. Een steentje dat glad en rond gesleten was door de aanhoudende strelingen van de golven. In haar ogen was die witheid bijna doorschijnend, maar als ze probeerde erin te kijken zag ze dat ze zich had vergist. (In feite was het een doodgewoon wit steentje.) Nu en dan haalde ze het tevoorschijn en legde het op haar hand. Als stilte samengebald kon worden in een heel klein, stevig voorwerp, dan zou het zo aanvoelen, dacht ze.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten