7 maart 2019

Veertig dagen examentijd...leren zoals Jezus (1)

De veertig dagen voor Pasen waren in de oude Kerk een periode van intense lering voor kandidaat-christenen. De laatste rechte lijn naar hun doopsel tijdens de Paasnacht. Ze moesten zich verdiepen in de christelijke leer en de christelijke praktijken.
De veertig dagen voor Pasen verwijzen naar de veertig dagen die Jezus doorbracht in de woestijn. Volgens Wilhelm Bruners (Hoe Jezus zelf leerde geloven, uitg. Averbode, 1989, blz.45-63) wordt Jezus door God zelf de woestijn in gestuurd, nét nadat hij zichzelf leerde kennen als Gods uitverkoren zoon tijdens het doopsel door Johannes. God zelf wil Jezus testen op zijn geloofsvastheid. Jezus ervaart hier de godsbedreiging, zoals eerder Jacob (Genesis 32,25), Mozes (Exodus 4,24), Jeremia (Jeremia 12,3), Job... Deze woestijnervaring hoort bij de geloofsopleiding van de Godgelovige. Bruners zegt daarbij ook:  "en het is ook ter wille van de mens opgeschreven, opdat wij ons geen illusies zouden maken over onze eigen geloofsweg. De joodse wijsheid weet maar al te goed dat God niet de wetsovertreders, maar de vromen op de proef stelt." (a.w. blz. 61).
Deze veertig dagen voor Pasen kunnen we dus beleven als een 'examentijd' in de voetstappen van Jezus, "dit is een tijd van meer toeleg op het bidden en grotere aandacht voor de liefde tot de naaste" (prefatie van de veertigdagentijd).
(Gustave van de Woestyne: Christus in de woestijn, 1939
Museum van Schone Kunsten Gent)
Bruner benadrukt in zijn betoog herhaaldelijk dat God zelf zijn gelovigen bekoort. "Ook wanneer de nieuwtestamentische tekst in een mythische spreektrant de duivel als verleider introduceert, blijft de idee op de achtergrond dat God zelf de zoon opvoedt en hem zijn harde leerschool laat doorlopen."( a.w. blz. 62). God ziet zijn mensen graag en kan dus niet anders dan ons vrijheid geven en vertrouwen dat wij onze weg vinden. Als we ons leven ervaren als een woestijn vol bedreigingen, mogen we dus geloven dat God zelf nabij is in die woestijn. We worden 'aangeklaagd' omdat we geloven (aanklager: Hebreeuws satan) en moeten proberen in woord en daad te antwoorden. De satan opvoeren heeft iets dubbelhartig, zoals ook laatst paus Franciscus hem opvoerde rond het pedofilieschandaal in de kerk. God geeft ons de vrijheid opdat wij van harte voor Hem zouden kiezen omwille van Hem alleen. Er komen aanklagers op onze weg die vraagtekens plaatsen bij ons geloof en het is aan ons om deze aanklagers te weerstaan. Niet de satan maar wijzelf hebben de keuze over onze levensrichting.
Hoe verwarrend deze idee ook is dat God toelaat dat we beproefd worden, het is tegelijkertijd ook een uitdagende gedachte. Ons geloof kan groeien in de woestijn van ons zijn. Die ervaring bewuster beleven is een uitnodiging voor deze examentijd naar Pasen toe. In die woestijn staan we niet alleen. Jezus is ons voorgegaan.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten