12 oktober 2023

Ingebed in wassende woorden : dichter Roelof ten Napel over gebed - 14 -


 

In 2021 verscheen een derde dichtbundel van de dichter, schrijver en essayist Roelof ten Napel (1993) bij Hollands Diep (Amsterdam). De titel verwijst misschien mee naar de coronatijd maar hij is in elk geval ook 'rustiger' in vergelijking met zijn vorige bundels : Dagen in huis.
Doorheen het lezen van deze bundel krijg ik de indruk dat de dichter zich na woede over en afkeer voor de gemeenschap waarin hij is opgegroeid, nu wel begint thuis te voelen in een andere omgeving én ook meer thuis te voelen in zijn eigen leven. Op een minder emotionele manier komen wel thema's terug uit zijn vorige bundels zoals het geloof en zijn homoseksualiteit naast de natuur in zijn onmiddellijke omgeving. 
In tegenstelling tot de vorige bundels gebruikt de dichter nu wel hoofdletters, waardoor hij zijn verhaal als het ware in de taal met haar regels wil inpassen. De dringendheid waardoor geen plaats was voor al te veel regels, lijkt nu weg. Maar zelfs zonder die urgentie blijft zijn werk aandacht vragen, zij het op een meer subtiele manier.
Ook anders dan in zijn vorige bundels is het religieuze en Bijbelse nog aanwezig, maar niet meer zo massief, niet meer zo expliciet en niet meer zo veel.
In het bericht 12 uit deze reeks dichtte ten Napel al over biddende handen (vorige bundel In het vlees) en zo'n handen vinden we ook terug in zijn nieuwe bundel. Eenzelfde thema maar op een andere manier geleefd...
(Albrecht Dürer : Gevouwen handen
van een apostel
©Meister Drücke)


NOG IETS OVER HANDEN

De biddende handen zonder eigenaar
op een klein schilderij van Dürer
zijn niet gevouwen zoals ik ze leerde vouwen.
De vingertoppen zijn bijeengebracht
zoals je misschien een gewonde vogel zou verplaatsen,
secuur om hem niet méér te bezeren, dicht genoeg
om hem nog niet te laten vliegen.

(uit: Dagen in huis, blz. 20)

De kwetsbaarheid en de intentie van zorgende nabijheid maken dit vers tot een gebaar van warmmenselijkheid.
Er klinkt zoveel mededogen en barmhartigheid in dat het me doet denken aan de vele plaatsen in de Bijbel waar God genoemd wordt als barmhartig. In het Hebreeuws kan het woord dat we normaal vertalen als barmhartigheid ook vertaald worden als baarmoederlijkheid. Filosoof  en Levinaskenner Roger Burggraeve heeft er zelfs recent een boek over geschreven met als veelzeggende titel: Baarmoederlijkheid van mens en God (uitgeverij Halewijn). 
Dit vers is voor mij een oproep om in onze omgang met anderen nooit onze eigen gekwetsheid te vergeten, zodat we anderen ook met tederheid zouden benaderen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten